
Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen
Artikel 14i
1
Zolang de geldigheidsduur van de observatiemachtiging nog niet is geëindigd, kan de officier van justitie verzoeken dat een aansluitende machtiging als bedoeld in het vijfde lid wordt verleend. De officier van justitie neemt onverwijld een beslissing over het instellen van een verzoek tot het verlenen van een aansluitende machtiging, indien uit het onderzoek blijkt dat een stoornis van de geestvermogens betrokkene gevaar doet veroorzaken.
2
De griffier dient de ontvangst van het verzoekschrift terstond mee te delen aan de geneesheer-directeur van het psychiatrisch ziekenhuis waarin betrokkene krachtens de observatiemachtiging is opgenomen.
3
De rechter beslist binnen twee weken na het indienen van het verzoekschrift. In afwachting van de beslissing van de rechter wordt het gedwongen verblijf met ten hoogste twee weken na het indienen van het verzoekschrift voortgezet.
4
Indien de officier van justitie beslist om geen verzoek als bedoeld in het eerste lid in te stellen, doet hij daarvan terstond mededeling aan de geneesheer-directeur van het psychiatrisch ziekenhuis waarin betrokkene krachtens de observatiemachtiging is opgenomen.
5
De machtiging die volgt op een observatiemachtiging, is een machtiging als bedoeld in artikel 2, een machtiging als bedoeld in artikel 14a, dan wel een machtiging als bedoeld in artikel 32.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.